Om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan gelden er in Nederland al een aantal maanden noodverordeningen. Om de regels in deze verordeningen juridisch goed te regelen heeft het kabinet afgelopen 13 juli een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer gestuurd: de ‘Tijdelijke wet maatregelen covid-19’. Wat staat er nu precies in deze wet en hoe lang blijft die van kracht? Wij leggen het uit.
Wat regelt deze wet?
In het kort regelt deze wet dat het kabinet in veel gevallen kan bepalen welke regels er gelden om verspreiding van het coronavirus tegen te gaan. Zo wordt er onder andere bepaald dat iedereen die zich buiten een woning bevindt, een veilige afstand tot andere personen moet houden, behoudens de uitzonderingen die nu al gelden. Wat die veilige afstand is, wordt via een algemene maatregel van bestuur (AMVB) in overleg met het RIVM vastgesteld. Op dit moment is dat de 1,5 meter. Een AMVB wordt door het kabinet uitgevaardigd, de Tweede Kamer komt hier niet bij kijken.
Verder regelt deze wet dat ministers zelfstandig via regelingen kunnen bepalen dat er plaatsen of evenementen worden aangewezen waar het niet is toegestaan om met groepen samen te komen, of hieraan voorwaarden kunnen verbinden. Daarnaast kunnen ministers regels geven over hygiënemaatregelen en het gebruik van beschermingsmiddelen. Er zijn wel uitzonderingen op dit verbod, bijvoorbeeld het bijwonen van een religieuze bijeenkomst (mits men de veilige afstand kan bewaren). Tot slot regelt de wet ook dat overtreding van een groot aantal bepalingen uit de nieuwe wet kan leiden tot één à twee maanden hechtenis, of een geldboete.
Duur van de wet
Wanneer de wet door de Tweede en Eerste Kamer worden aangenomen, blijft die in beginsel zes maanden van kracht. Er is echter in de wet een bepaling opgenomen om de wet eerder buiten werking te stellen, maar ook om die telkens met drie maanden te verlengen. In principe kan de wet dus elke drie maanden weer verlengd worden.
Eerste en Tweede Kamer
De grote vraag is natuurlijk of de wet zal worden aangenomen door de Tweede en Eerste Kamer. De vier coalitiepartijen zijn kritisch, maar wel van mening dat er een spoedwet moet komen. Bij de oppositie hebben veel partijen al aangegeven tegen de wet te zijn. Het wetsvoorstel geeft volgens hen veel te veel macht aan de ministers, die als het ware per decreet kunnen gaan regeren. Ook vinden zij de duur van de wet te lang en zijn zij van mening dat de regels in deze wet een te grote inbreuk zijn op de grondrechten van de Nederlanders.
Kort samengevat is het de verwachting dat wanneer het kabinet tegemoet komt aan de bezwaren van de coalitiepartijen, de wet wel door de Tweede Kamer zal komen. In de Eerste Kamer is de uitkomst veel minder zeker, aangezien de coalitie daar geen meerderheid heeft. Of deze wet er dus uiteindelijk komt, zal de tijd moeten leren.
Hebt u vragen over deze maatregelen of hebt u (als ondernemer) een bekeuring gekregen op grond van de noodverordening? Neem dan contact met ons op via info@juristenzwolle.nl of 038-2022738 om uw mogelijkheden te bespreken.