De cautie
Artikel 29 Sv beveelt opsporingsambtenaren (bijvoorbeeld een politieagent) en rechters om een cautie te geven indien een persoon als verdachte wordt gehoord. Maar wat houdt een cautie precies in en in welke gevallen moet hij worden gegeven? En wat zijn de gevolgen indien de cautie, al dan niet per ongeluk, niet is gegeven?
Wat is de cautie?
De cautie is aldus wettelijk verplicht. Het is een voortvloeisel uit het de gedachte dat een elke verdachte recht heeft op een eerlijk proces, welk recht onder meer voortvloeit uit artikel 6 EVRM. De cautie is feitelijk de mededeling aan een verdachte dat hij het recht heeft om te zwijgen (‘’U bent niet tot antwoorden verplicht’’). Een verdachte weet door de cautie dus dat hij of zij niet hoeft te antwoorden op vragen van bijvoorbeeld politieagenten.
Wat is de gedachte achter de cautie?
De ratio van de cautie ligt in lijn met het al genoemde recht op een eerlijk proces en heeft daarom onder meer tot doel erop te wijzen dat de verdachte het recht heeft om zichzelf niet te incrimineren. Dit betekent dat een verdachte niet aan zijn eigen veroordeling hoeft mee te werken door allerlei belastende verklaringen af te leggen.
Verder helpt de plicht tot het geven van een cautie bij het voorkomen van het uitoefenen van ongeoorloofde druk door agenten en/of rechercheurs op een verdachte. De cautie is daartegen geen directe remedie, maar maakt de verdachte wel scherp op het feit dat hij of zij het recht heeft de kaken op elkaar te houden.
Zo bezien is de cautie een wezenlijk onderdeel van ons strafprocesrecht. Toch wordt de cautie wel eens overgeslagen of domweg vergeten. Welke gevolgen dat kan hebben zullen we zo bekijken.
Criteria
Artikel 29 Sv geeft feitelijk twee criteria. Indien sprake is van een verdachte (1) en een (gepland) verhoor (2), moet de cautie worden gegeven. Logische vervolgvraag is dan wat deze begrippen inhouden.
Uit artikel 27 eerste lid Sv volgt wanneer iemand als verdachte moet worden aangemerkt. Verdacht is een persoon ten aanzien van wie een redelijk vermoeden van schuld van een strafbaar feit bestaat. Dit vermoeden moet gestoeld zijn op feiten of omstandigheden.
Verder moet sprake zijn van een verhoorsituatie. Er worden dan – door bijvoorbeeld opsporingsambtenaren – vragen gesteld omtrent de betrokkenheid van verdachte bij een strafbaar feit. Hierbij is van belang dat er sprake is van een directe confrontatie tussen de opsporingsambtenaar en de ondervraagde, aldus de Hoge Raad (HR Antwoordkaart).
Gevolgen verzuim tot geven cautie
Soms is een cautie eenvoudigweg vergeten of te laat gegeven. Op die manier kan het voorkomen dat uit het proces-verbaal niet volgt dat er een cautie is gegeven voor het verhoor. Van groot belang is dat de verdachte niet in zijn belangen (verdediging!) is geschaad door het niet geven van de cautie. Daarvan kan eigenlijk nooit sprake zijn. Het verhoor kan opnieuw worden gedaan of de verhoorde gaat akkoord met een cautie achteraf. Indien er helemaal geen cautie is gegeven kan de rechter overgaan tot bewijsuitsluiting of zelfs komen tot niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie. Een en ander in lijn met artikel 359a Sv. Zo is het voor opsporingsambtenaren van cruciaal belang zich bewust te zijn van het belang van de cautie. Voor verdachte personen dient de cautie als een van de pijlers om te komen tot een eerlijk proces.
Bent u aangehouden? Neem dan te allen tijde vrijblijvend contact met ons op via 038-2022738 of info@juristenzwolle.nl ! Wij kunnen u verder helpen.